De basaalstofwisseling is het energieverbruik van personen in rust. Deze stofwisseling is nodig voor levensprocessen zoals ademhalen en op temperatuur blijven. In rust betekent liggend in een aangename omgevingstemperatuur (ongeveer 22 °C) met een lege maag.
De basaalstofwisseling is belangrijk om te bepalen hoeveel energie iemand per dag nodig heeft. De basaalstofwisseling zorgt voor twee derde van het dagelijkse energieverbruik.
Omschrijving
Het lichaam heeft energie nodig voor alle levensprocessen, zoals ademhalen en op temperatuur blijven. Ook het in stand houden van het lichaam kost energie: denk aan het genezen van wondjes en het groeien van haar en nagels.
De basaalstofwisseling wordt ook wel aangeduid als ‘ruststofwisseling’. De basaalstofwisseling is het energieverbruik van personen in rust, dat wil zeggen liggend in een aangename omgevingstemperatuur (ongeveer 22 °C) met een lege maag. Er is dan dus geen extra energie nodig voor lichamelijke activiteit, het reguleren van de lichaamstemperatuur of de spijsvertering.
De basaalstofwisseling is belangrijk om te bepalen hoeveel energie iemand per dag nodig heeft. De basaalstofwisseling zorgt voor ongeveer twee derde van het dagelijkse energiegebruik.
Gewicht, leeftijd en geslacht
Het energieverbruik door de basaalstofwisseling is te berekenen op basis van gewicht, leeftijd, lengte en geslacht en is te meten door iemands zuurstofopname en kooldioxide-uitstoot te bepalen. Het energieverbruik wordt onder andere beïnvloed door de verdeling van het lichaamsgewicht over vet- en spierweefsel. Het energieverbruik van spierweefsel is hoog, dat van vetweefsel laag.
Bij het stijgen van de leeftijd krijgt iedereen meer vetweefsel en minder spierweefsel. Daarom daalt de basaalstofwisseling op hogere leeftijd.
Vrouwen hebben gemiddeld 10% meer vetweefsel dan mannen met hetzelfde lichaamsgewicht. Dit verklaart waarom vrouwen een lagere basaalstofwisseling hebben.