Parasieten zijn organismen die leven op planten en dieren. Ze kunnen zich alleen voortplanten ten koste van een plant of dier.
Parasieten kunnen net als bacteriën en virussen mensen ziek maken via het eten. De kans op een besmetting is klein, maar brengt wel risico’s met zich mee. Vooral voor zwangeren en mensen met een verminderde weerstand kan het gevaarlijk zijn.
Besmetting kan voorkomen worden door niet te proeven van rauw vlees, vlees goed te bakken en groente en fruit goed te wassen. Handen wassen is, zeker na het aanraken van rauw vlees, het werken in de tuin of het verschonen van de kattenbak, erg belangrijk.
Omschrijving
Parasieten
zijn organismen die zich alleen kunnen voortplanten ten koste van een plant of
dier. Ze kunnen net als bacteriën en virussen mensen ziek maken via besmet
voedsel.
Parasieten leven op planten en dieren. Bij dieren komen ze voor op de huid of
in de darm. Voorbeelden zijn luizen, vlooien, teken, aarsmaden, lintwormen en
Toxoplasma gondii, de veroorzaker van toxoplasmose.
Soorten parasieten
Parasieten die mensen via eten kunnen besmetten zijn:
- Trichinella spiralis: Vlees wat afkomstig is uit Nederland vormt nauwelijks een risico.
Wel kan je in Oost en Zuid-Europa besmet raken door het eten van niet goed
doorbakken varkensvlees of wild zwijn.
- Echinococcus multilocaris of vossenlintworm: Komt
alleen voor op zelf geplukte bosvruchten en paddenstoelen uit de gebieden
Zuid-Limburg, Oost-Groningen en Midden- en Zuid-Europa.
- Toxoplasma gondii: Kan voorkomen in rauw vlees,
tuinaarde en in de kattenbak.
- Giardia lamblia en Cryptosporidium parvum: Komen
voor in oppervlaktewater. Het drinkwater in Nederland is veilig.
- Haringworm: Kan zitten in haring en andere
vissoorten als makreel, sprot, tonijn en wilde zalm. In gekweekte zalm
komt de haringworm niet voor. In Nederland komt de haringworm vrijwel niet
meer voor.
- Cyclospora cayatenensis: Kan voorkomen op geïmporteerde groente en (zacht) fruit, vooral uit (sub)tropische landen.
Gezondheidseffecten
Parasieten
kunnen mensen ziek maken via besmet eten. Dit geldt alleen voor parasitaire wormen
en eencellige parasieten.
Wanneer een
parasiet met het eten mee de darm in komt kunnen ze zich vanuit daar
verspreiden naar de spieren, ogen, hersenen of lever.
De kans op besmetting met een parasiet is klein. Als je toch besmet raakt kan dit
leiden tot buikpijn, diarree, oedeem, jeuk, koorts, chronische spierpijn,
vermoeidheid en griepachtige verschijnselen. Bij een vermoedelijke
besmetting moet de huisarts geraadpleegd worden.
Risicogroepen
Vooral voor zwangeren zijn parasieten gevaarlijk. De parasiet Toxoplasma gondii kan
schadelijk en zelfs dodelijk zijn voor het ongeboren kind en een vroeggeboorte
veroorzaken. Hoe ernstig de gevolgen zijn, hangt af van de fase waarin de
zwangerschap zich bevindt.
Ook mensen met een verminderde weerstand door bijvoorbeeld HIV, chronische
bronchitis, nierziekte of kanker lopen meer risico om ziek te worden door
parasieten.
Veiligheid
Rauw vlees
of vis kan besmet zijn met parasieten. Wild en Scharrelvee lopen meer kans op
een parasieteninfectie omdat zij buiten in aanraking kunnen komen met besmette
muizen, ratten, katten, vossen, vogels en planten.
Voedingsadvies
Door eten te koken of te bakken, worden parasieten onschadelijk gemaakt. Daarom gelden de volgende adviezen om een besmetting met een parasiet te voorkomen:
- Proef niet van rauw vlees.
- Verhit vlees goed.
- Neem geen rauwe melk en producten van rauwe melk, zoals boter en zachte kaas.
- Was rauwe groenten, bosvruchten en fruit grondig.
- Drink in het buitenland alleen kraanwater dat veilig verklaard of gekookt is.
- Was de handen goed voor het eten en koken en na het aanraken van rauw vlees, tuinwerk, kattenbak verschonen en spelen in de zandbak.
Het invriezen van vlees bij -12°C voor ten minste 2 dagen zal parasieten doden.
Meer informatie
Rijksinstituut voor volksgezondheid en milieu:
www.rivm.nl
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit:
www.nvwa.nl
European Food Safety Authority:
www.efsa.europa.eu