In voeding kunnen schadelijke stoffen zitten.
Bijvoorbeeld dioxines, PFAS, zware metalen of acrylamide kunnen slecht zijn
voor je gezondheid.
Er zijn wettelijke limieten en regels die bepalen hoeveel
van elke schadelijke stof maximaal in je eten of drinken mag zitten.
Door gevarieerd te eten en te drinken verklein je de
kans dat je te veel van dezelfde schadelijke stof binnenkrijgt.
Welke schadelijke stoffen komen in ons voedsel terecht?
Tijdens alle fasen van de voedselproductie en
-bereiding kunnen stoffen in voedsel terechtkomen die er van nature niet in
thuishoren en mogelijk schadelijk zijn. Er zijn verschillende soorten
schadelijke stoffen die in voedsel terecht kunnen komen:
- Natuurlijke gifstoffen: gifstoffen geproduceerd door planten, schimmels of algen.
- Milieugifstoffen: gifstoffen die aanwezig zijn in de
lucht, grond of het water. Voorbeelden zijn PFAS, dioxines of zware metalen, zoals
lood of kwik.
- Procesgifstoffen: gifstoffen die vrijkomen tijdens de
productie van voedingsmiddelen. Bijvoorbeeld door een hoge temperatuur.
Voorbeelden zijn acrylamide of PAK’s.
-
Overig: bijvoorbeeld resten van niet-toegestane medicijnen of stoffen
die vanuit de verpakking in het voedsel terecht kunnen komen. Voorbeelden
zijn hormonen of bisfenol A (BPA). Ook toegestane stoffen kunnen schadelijk zijn als hiervan te veel in ons
voedsel terecht komt. Bijvoorbeeld resten bestrijdingsmiddelen. Hiervoor zijn wettelijke normen.
Omdat schadelijke stoffen vanuit verschillende bronnen in ons eten of drinken terecht
kunnen komen, is het niet mogelijk om deze helemaal te vermijden.
Zijn schadelijke stoffen in voeding slecht voor je gezondheid?
De effecten van veel schadelijke stoffen zijn vaak pas
op de lange termijn merkbaar. Daarom is het moeilijk precies aan te geven hoe
schadelijk het is als je te veel van een bepaalde stof binnenkrijgt. Als je
ziek wordt is het namelijk niet altijd te zeggen waardoor het komt.
Voor veel
schadelijke stoffen geldt dat een keer te veel binnenkrijgen niet gelijk
gezondheidsklachten geeft, maar dat je moet voorkomen dat je langdurig
(meerdere jaren) te veel binnenkrijgt.
Mensen verschillen in hun gevoeligheid voor schadelijke
stoffen. Bijvoorbeeld, voor zwangeren is ons advies vaak wat voorzichtiger, omdat
sommige stoffen de ontwikkeling van de baby mogelijk kunnen beïnvloeden. Ook
jonge kinderen kunnen gevoeliger zijn, omdat ze kleiner zijn en dus in
verhouding tot hun lichaamsgewicht meer van een schadelijke stof kunnen
binnenkrijgen.
Zijn er wetten om ons te beschermen tegen schadelijke stoffen?
Voor ons eten en drinken zijn wettelijke regels en
limieten vastgesteld die bepalen hoeveel maximaal van elke schadelijke stof erin
mag zitten. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) houdt toezicht om ervoor te zorgen dat deze regels worden nageleefd.
Kortom: de regelgeving is er om ons te beschermen,
maar het is goed om bewust te zijn van wat we eten en drinken, en eventuele
specifieke risico's. Dat geldt vooral voor bepaalde groepen, zoals zwangeren,
baby’s en kleine kinderen.
Kan ik iets doen om niet te veel van een schadelijke stof binnen te krijgen?
Het is
niet te voorkomen dat je ook ongewenste stoffen binnenkrijgt. Gevarieerd eten verkleint wel de kans dat je te veel van dezelfde
schadelijke stof binnenkrijgt. En bedenk dat gezond en duurzaam eten over zoveel meer gaat dan opletten voor schadelijke stoffen.